
Oorspronkelijk kom ik uit Ter Apel. Een godsgruwelijk gezellig dorp in het zuidoosten van Groningen. Sinds de sluiting van Café Full House een iets minder gezellig dorp. Niet bekend om z’n dit en z’n dat, maar vooral bekend omdat het dorp het aanmeldcentrum voor vluchtelingen huisvest. In de media wordt dan al gauw de kloof tussen de conservatieve, blanke boer en de rovende gelukszoekers uitvergroot.
Echter heb ik dat beeld in de media niet echt meegemaakt. Natuurlijk heb je er rotte appels tussen en die moet je er ook zeker tussenuit vissen en terugsturen, maar er zijn ook genoeg Nederlandse appels die zuurder zijn dan de rest.
Ik heb bijvoorbeeld ook Turkse en Marokkaanse vrienden. Ik heb twee jaar met een Marokkaanse vriend van me gevoetbald. Hij legde wel eens een bal op mijn kruin of maatje 45, die ik dan tot doelpunt promoveerde. Hele aardige, sociale jongen en nooit een negatief woord. Toevalligerwijs wonen we sinds vorig jaar in hetzelfde appartementencomplex in de stad. We moeten ook al meer dan een jaar eens bij elkaar eten, maar goed dat geeft niet. We laten elkaar lekker leven en dat etentje komt vast binnenkort. En anders iets later.
Het probleem zit hem juist in het onbekende. Mensen hebben instinctief angst voor het onbekende. Als men deze kant op komt om de winkels leeg te roven en overlast te veroorzaken, dan moet daar vanzelfsprekend een enkeltje terug tegenover staan. Er zijn daarentegen ook mensen die echt hulp nodig hebben. Voorouders zoals die van mijn maat die naar Nederland zijn gevlucht vanwege oorlog en waarmee we prima samen kunnen leven. Zij zouden hetzelfde doen als wij naar hen zouden moeten vluchten omdat er hier oorlog woedt. Ze zijn eigenlijk net als wij. Gewoon mens.
Geef als eerste een reactie